Jenaplanonderwijs

Hoofd, hart en handen

Je leert bij ons door te denken, te voelen en te ervaren. Alleen en met anderen ontdek je de wereld om je heen. Dat doet iedereen op zijn eigen, unieke manier.

Vier basisactiviteiten

Leren is een sociaal proces met een individueel resultaat. Je hebt anderen nodig om een eigen identiteit te ontwikkelen. Daarom leren wij volgens vier basisactiviteiten.

Je gaat in gesprek met je docent, een klasgenoot, je tafelgroep of in de kring. Zo leg je verbindingen, leer je elkaar beter begrijpen en krijg je een beter beeld van de wereld om je heen.

Tijdens spel ontdek je veel (bewust en onbewust), verken je de wereld en ontwikkel je je sociale vaardigheden. Spel komt niet alleen terug in de sport- of cultuurlessen, maar juist ook in de mentorles en de verschillende vaklessen.

Je steekt ook veel tijd in werk. Wat ga je doen, hoe ga je te werk en met wie ga je aan de slag? Je leert bij ons zelfstandig werken en in samenwerking met klasgenoten.

Door samen te vieren staan we stil bij wat er is afgerond en kijken we samen vooruit. Je leert hier om respectvol naar jezelf en de ander te kijken, en hierop te reflecteren.

Tien essenties

Met de focus op tien essenties bereiden wij je voor op wereldburgerschap in een duurzame samenleving.

  • Openstaan voor continu leren


    Openstaan voor continu leren


    Ik durf uitdagingen aan te gaan, ik kan leren van mijn fouten, ik accepteer feedback en kritiek, ik probeer strategieën uit, ik concentreer me op een taak en houd vol, ik stel vragen, ik durf risico’s te nemen.

  • Doelen stellen en realiseren

    Doelen stellen en realiseren

    Ik kan doelen stellen, ik weet waarom ik een doel wil behalen, ik weet hoe ik een doel kan behalen, ik weet hoeveel tijd ik hiervoor nodig heb, ik behaal doelen en kan resultaat boeken.

  • Verantwoorden

    Verantwoorden

    Ik kan vertellen waarom ik wat gedaan heb, ik kan mijn mening geven en onderbouwen, ik kan zelf om uitleg vragen, ik kies bewust en weet wat goed voor mij is en wat ik daarvoor nodig heb.

  • Impulsbeheersing

    Impulsbeheersing

    Ik kan op een rustige manier reageren, ik bepaal wanneer ik reageer, ik bepaal op welke manier ik reageer, ik kan inschatten wat mijn reactie bij anderen teweeg brengt.

  • Ondernemen

    Ondernemen

    Ik zet mijn talenten in, ik weet wat ik kan en welke waarde dit kan hebben, ik durf mijn ideeën in daden om te zetten, ik zet mijn vaardigheden en kennis in, ik durf risico’s te nemen en ben niet bang om fouten te maken.

  • Zorgdragen

    Zorgdragen

    Ik heb belangstelling voor de ander, ik ben in gesprek met de ander, ik kan hulp bieden en hulp vragen, ik draag zorg voor mijn werkplek, ik draag zorg voor de materialen en het gebouw

  • Samenwerken

    Samenwerken

    Ik kan om hulp vragen, ik kan feedback geven en ontvangen, ik kan overleggen en afspraken maken met anderen in een team, ik kan luisteren naar andere ideeën, ik heb respect voor verschillen, ik kan verschillende rollen bij mezelf en anderen (h)erkennen.

  • Creëren

    Creëren

    Ik kan denken buiten gebaande paden, ik heb een ondernemende en onderzoekende houding, ik kan nieuwe samenhangen zien, ik durf verantwoorde risico’s te nemen, ik kan fouten als leermomenten zien, ik ken creatieve technieken en kan deze toepassen.

  • Communiceren

    Communiceren

    Ik kan duidelijk uitleggen wat ik bedoel en ik begrijp wat anderen bedoelen, ik kan in verschillende situaties met verschillende personen goed blijven communiceren, ik maak bewust gebruik van verschillende communicatiemiddelen, ik maak effectief gebruik van de mogelijkheden van ICT.

  • Presenteren

    Presenteren

    Ik durf mijn originaliteit en passie te laten zien, ik maak contact met mijn toehoorders, ik gebruik gebaren, ik spreek rustig, duidelijk en luid genoeg, ik gebruik mijn stem afwisselend, ik gebruik goed taalgebruik, ik gebruik ICT-middelen, materialen voor mijn presentatie.